De Open-categorie is de categorie waarin vluchten plaatsvinden die gekenmerkt worden door een laag risicoprofiel. De Open-categorie wordt daarna, op basis van het gewicht van de drone waarmee je vliegt (0-25 kilogram), verder verdeeld in drie subcategorieën:
Subcategorie A1
Subcategorie A2
Subcategorie A3
Om binnen deze drie categorieën te vliegen is het voor de piloot verplicht om in het bezit te zijn van het EU Dronebewijs. Voor de subcategorieën A1 en A3 dien je hiervoor een (online) opleiding en theorie-examen af te leggen. Wil je in subcategorie A2 vliegen, dan komt hier een aanvullend theoriegedeelte + examen bij en dien je tevens een zelf verklaring voor wat betreft de praktijk in te dienen. Let wel, de opleidingsplicht geldt alleen voor drones zwaarder dan 250 gram.
REGISTRATIE
Om te vliegen met drones zwaarder dan 250 gram of met drones voorzien van een camera geldt dat je als piloot geregistreerd dient te zijn als exploitant. Na registratie ontvang je een uniek nummer welke zichtbaar op jouw drone geplakt moet worden.
CE-KEURMERK
Naast de registratie worden alle drones in de toekomst voorzien van een CE-label. Op basis van verschillende specificaties van de drone, zoals bijvoorbeeld het gewicht, zijn zes verschillende klassen gecreëerd van C0 tot en met C6. Deze klasses worden onder verdeeld in de drie subcategoriën. Tot op heden zijn er echter nog geen drones voorzien van dit CE-label. Daarom spreekt men nu nog van zogenaamde 'legacy' drones. Voor deze drones geldt een andere gewichtsverdeling ten opzichte van de toekomstige drones met CE-label. Na 1 januari 2024 vallen alle legacy drones zwaarder dan 250 gram in subcategorie A3.
SUBCATEGORIE A1
In deze subcategorie vallen de drones met een CE-keurmerk C0 (tot 250 gram) of C1 (tot 900 gram). In afwachting van deze CE-keurmerken is het toegestaan om tot 1 januari 2024 met huidige drones tot 500 gram te vliegen in subcategorie A1. Deze subcategorie wordt geclassificeerd als zeer laag risico, het is daarom toegestaan om over mensen (geen menigte) te vliegen.
SUBCATEGORIE A2
Deze subcategorie wordt geclassificeerd als de subcategorie met het hoogste risicoprofiel. Drones met een CE-keurmerk C2 (tot 4 kilogram) vallen in de subcategorie A2. Met dit type drone dien je minimaal 30 meter afstand te bewaren tot mensen tenzij je langzamer vliegt dan 3 m/s, dan mag de afstand verkort worden tot 5 meter. In deze subcategorie vallen ook de huidige drones zonder CE-keurmerk vanaf 500 gram tot 2 kilogram, je dient echter in plaats van 30 meter wel 50 meter afstand te houden tot personen.
SUBCATEGORIE A3
Subcategorie A3 heeft dezelfde risicokwalificatie als subcategorie A1, namelijk een laag risicoprofiel. In deze subcategorie dien je wel minimaal 150 meter afstand te houden tot bebouwing, industrie en recreatiegebieden. In deze subcategorie mag je vliegen met drones met CE-keurmerk C2 (tot 4 kilogram), C3/C4 (tot 25 kilogram). Ook de huidige drones zonder CE-keurmerk vanaf 2 kilogram tot 25 kilogram vallen in deze subcategorie.
DE BELANGRIJKSTE REGELS VAN DE OPEN-CATEGORIE
OPLEIDINGEN
Voor meer informatie over de opleidingen voor de Open-categorie klik hieronder.
MEER OVER DE SPECIFIC-CATEGORIE